Behandeling knieprothese

Gonartrose (slijtage van het gewricht) kan behandeld worden met conservatieve therapie (niet operatief) of door middel van een operatie (operatief). Eén van de mogelijkheden van operatieve behandeling is het plaatsen van een prothese.
Wanneer de keuze is gemaakt voor een knieprothese zijn er twee typen knieprothesen mogelijk.
De totale knieprothese wordt het meest toegepast en vervangt al het kraakbeen van zowel je boven- als onderbeen. Wanneer alleen de binnen- of buitenzijde van de knie vervangen moet worden, wordt er een halve knieprothese geplaatst.

De totale knieprothese
Een totale knieprothese wordt geplaatst bij mensen bij wie het gehele kniegewricht versleten is door artrose. Een totale knieprothese is meestal een succesvolle ingreep. Mensen zijn vaak weer in staat om actief te bewegen. De kans dat een totale knieprothese na 10 jaar nog steeds functioneert en niet is vervangen is ongeveer 95%.

De halve knieprothese
Een halve knieprothese is een gedeeltelijke vervanging van het kniegewricht door een prothese. Een halve knieprothese is alleen mogelijk wanneer de slijtage zich beperkt tot een deel van de knie. Leeftijd, geslacht, activiteitenniveau en overgewicht bepalen ook of een halve knieprothese mogelijk is.

Techniek
De operatie voor een knieprothese verloopt als volgt:
De ingreep verloopt onder algehele anesthesie (narcose) of een een kortwerkende ruggenprik ; in beide gevallen gecombineerd met LIA (Lokale Infiltratie Anesthesie, kortweg plaatselijke verdoving in hoge concentraties). Deze nieuwe LIA techniek geeft betere pijnstilling, minder misselijkheid en werkt zo goed, dat al enkele uren na de operatie kan worden begonnen met staan en lopen, onder begeleiding.

Tijdens de ingreep word het een dun laagje van het gewrichtsoppervlak afgezaagd in de vorm van de prothese. Er zijn verschillende maten zodat er voor elke patiënt een passen prothese is. Het afzagen gaat met behulp van mallen. Zo is er een optimale passing van de prothese.Na het zagen wordt er eerst een proefpassing gedaan, voordat de definitieve prothese geplaatst wordt.

Het wondgebied wordt van binnenuit met plaatselijke verdoving in hoge concentraties (LIA techniek). behandeld om de eerste pijn vlak na de operatie te beperken. De knie wordt met metalen nietjes gehecht. De totale opnameduur is 2 dagen.

Voorbereiding thuis
U zorgt zelf voor elleboogkrukken of een ander loophulpmiddel zoals een rollator. Deze kunt u zelf aanschaffen of huren. (Vergelijk de prijzen van kopen en huren). In sommige gevallen is een rollator handig. Met behulp van een rollator kunt u bijvoorbeeld ook een kopje koffie meenemen uit de keuken. Woont u alleen, dan kan het verstandig zijn om een rollator te huren en personenalarmering aan te vragen bij uw thuiszorgorganisatie.

U zorgt zelf voor een toiletverhoger; deze kunt u huren bij een thuiszorgwinkel. Ook andere hulpmiddelen zoals een grijptang of kousenaantrekhulp en lange schoenlepel kunnen handig zijn. Om de knie te kunnen koelen zorgt u voor een coldpack of bijvoorbeeld een zak ijsklontjes.

U bezoekt een fysiotherapeut in uw omgeving om te leren lopen met krukken.
Samen met uw fysiotherapeut neemt u vast de oefeningen door. U zorgt ervoor dat u een bed beneden heeft, zodat traplopen in de beginfase nog niet nodig is. De thuiszorg kan dit voor u regelen.

  • Gebruik vanaf twee dagen voor de operatie geen bodylotion.
  • U mag het te opereren gebied niet scheren.
  • Draag geen sieraden, piercings of nagellak.​
  • Laat waardevolle spullen thuis.

​U mag zelf niet autorijden na de operatie. Vraag of iemand u ophaalt de tweede dag na de operatie. Het ontslag is gepland rond 10.00uur.

Verlagen infectiekans
Om de kans op een infectie van uw knieprothese te verkleinen vragen wij u om vier dagen voor de operatie te starten met neuszalf en een desinfecterende zeepoplossing. Bacteriën die een infectie veroorzaken komen vaak op de huid of in de neus voor. Door het gebruik van de zalf en zeepoplossing wordt de kans op een infectie met 80% verkleind. Het recept krijgt u mee of wordt u toegestuurd, vervolgens kunt u de zalf en de zeepoplossing ophalen bij uw apotheek.

Gebruiksaanwijzing:
Neuszalf (Bactroban): U start vier dagen voor de operatie met het inbrengen van de neuszalf in beide neusgaten, twee keer per dag. Dit kunt u doen met uw pink of met een wattenstaafje. Knijp daarna de neusvleugels dicht en masseer zachtjes om de zalf zo goed mogelijk aan de binnenkant van de neus te verspreiden.

Desinfecterende zeepoplossing (Hibiscrub): U start vier dagen voor de operatie met het douchen of wassen van uw lichaam met de desinfecterende zeepoplossing, één keer per dag. Tevens gebruikt u de zeepoplossing bij het wassen van de haren. Tijdens de behandeling mag er geen andere zeep of shampoo worden gebruikt. Vermijd contact met de ogen, mocht de zeep in uw ogen komen spoel het dan uit met lauw water.

 

Dag van opname
Indien U de dag vóór de operatie wordt opgenomen, neemt u dan de neuszalf en desinfecterende zeep mee naar het ziekenhuis.
Dag van operatie
Als u op de operatiedag wordt opgenomen dan gebruikt u 's morgens thuis nog neuszalf en douchet of wast u uw lichaam met de desinfecterende zeepoplossing.
Na de operatie
Na de operatie hoeft u geen neuszalf of desinfecterende zeepoplossing meer te gebruiken.

!! Belangrijk !!
De operatie kan niet doorgaan indien u voor de operatie op of in uw lichaam infecties, ontstekingen of wondjes heeft. Dit om de kans op een infectie van uw prothese te voorkomen.
Bijvoorbeeld:

  • Smetplekken
  • Opengekrabte insectenbeten
  • Schimmelinfecties
  • Koorts
  • Griep

Als u één van bovenstaande verschijnselen heeft in de weken voorafgaand aan de operatie, neemt u dan alstublieft contact op met de polikliniek Orthopedie. Bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot en met 16.30 uur op telefoonnummer: 0523-276319.​​

De opname
Wat neemt u mee naar het ziekenhuis

  • Uw patiëntenkaart.
  • Geldig identiteitsbewijs.
  • Actueel medicatieoverzicht, deze kunt u opvragen bij uw apotheek.
  • Goede stevige platte schoenen. Dit is belangrijk als u na de operatie gaat oefenen met lopen.
  • Gemakkelijk zittende kleding.
  • Uw elleboogkrukken of rollator.
  • Uw voorlichtingsmap

De afdeling
U kunt zich melden bij de receptie, daar wordt u verder geholpen.U verblijft tijdens uw opname op de afdeling Orthopedie. Zo mogelijk op een vierpersoonskamer met andere patiënten die een nieuwe knie of nieuwe heup krijgen. Hierdoor kunt u samen revalideren en elkaar daarin motiveren. Het is de bedoeling dat we tijdens uw opname de thuissituatie zoveel mogelijk nabootsen, aangezien u niet ziek bent. Dit betekent dat u aan tafel eet en zoveel mogelijk uw eigen kleding draagt.

Complicaties
Iedere operatie die uitgevoerd wordt kent complicaties, zo ook het plaatsen van een knieprothese. Complicaties zijn gelukkig zeldzaam, maar nooit helemaal uit te sluiten. Ondanks alle zorg die aan de operatie wordt besteed kunnen er toch complicaties optreden in de vorm van een nabloeding of een wondinfectie. Bij een nabloeding krijgt u een flinke bloeduitstorting rondom de knie, die meestal helemaal tot in uw kuit, enkel en voet zakt. Een wondinfectie uit zich in pijn, roodheid rondom het litteken, wondlekkage en koorts. Bij deze verschijnselen wordt u gevraagd om direct contact op te nemen met de polikliniek Orthopedie.
Na de operatie kan de huid rondom het operatiegebied (tijdelijk) gevoelloos zijn. Deze klachten verdwijnen grotendeels in de loop van de tijd.

U krijgt medicatie om het bloed te ontstollen, om zo de kans op een trombosebeen te verkleinen. Een trombosebeen ontstaat wanneer er een bloedstolsel in een vat in het onderbeen vast komt te zitten. Dit geeft vaak veel pijn en zwelling van het onderbeen of de kuit.

Leefregels
Na de operatie geldt een aantal leefregels, deze zijn ook met u doorgenomen op de voorlichtingsbijeenkomst.

  • Leg geen kussen in uw knieholte, dit zorgt er namelijk voor dat uw knie onvoldoende strekt.
  • De eerste periode na de operatie loopt u met twee krukken. Daarna mag u, in overleg met uw fysiotherapeut met één kruk gaan lopen. Gebruik de kruk aan de niet-geopereerde zijde.
  • U mag de eerste weken zelf geen autorijden. Pas wanneer u goed zonder hulpmiddelen kunt lopen mag u zelf weer autorijden.
  • Er zijn verschillende hulpmiddelen die u na de operatie tijdelijk van dienst kunnen zijn (tegen een vergoeding). Bijvoorbeeld een grijptang, lange schoenlepel of een kousenaantrekker. U kunt hiervoor terecht bij een uitleenpunt van medische hulpmiddelen of een ouderenwinkel.

Wondverzorging
Het is belangrijk uw wond goed te verzorgen, om de kans op infecties te verkleinen.​

  • Houd de operatie wond schoon en droog.
  • Was de wond van boven naar beneden en niet van links naar rechts.
  • Gebruik voor het wassen uw handen en geen washandje.
  • De huid rondom de hechtingen zal er de eerste weken wat geïrriteerd uit zien.
  • Gebruik rondom het wondgebied geen créme of lotion.
  • U kunt weer douchen een dag na de operatie.
  • U kunt weer in bad als de operatiewond helemaal genezen is.

 

Hechtingen verwijderen
Laat uw huidnietjes 14 dagen na de operatie verwijderen bij uw eigen huisarts of door de verpleegkundige van de revalidatiezorg.
Wanneer u een halve knieprothese heeft gekregen hoeft u de hechtingen niet te laten verwijderen, deze zijn namelijk oplosbaar.
Poliklinische controles
Op verschillende momenten in het revalidatieproces wordt u terug gezien op de poli Orthopedie, namelijk:

  • 6 weken na de operatie door uw orthopedisch chirurg
  • 6 maanden na de operatie door de physician assistant (PA)
  • 1 jaar na de operatie door de PA met röntgenfoto vooraf
  • 3 jaar na de operatie door de PA met röntgenfoto vooraf

Bij de controle na 6 maanden en 1 jaar zal opnieuw gevraagd worden of u de PROMS vragenlijst in wilt vullen, mocht u dit niet al via de mail gedaan hebben.

Verhindering
De operatie kan niet doorgaan wanneer u voor de operatie op of in
uw lichaam infecties/ontstekingen (waar u wel of geen antibiotica
voor gebruikt) of wondjes ontdekt in welke vorm dan ook
bijvoorbeeld:

  • smetplekken
  • opengekrabde insectenbeten
  • schimmelinfecties
  • koorts, griep

 

 

U bent in goede handen bij ons team!

Heeft u een verwijzing van uw huisarts of doorverwijzing van uw specialist gekregen? Neem dan contact met ons op om een afspraak te maken.