Arthroscopie van de knie
Een arthroscopie is een kijkoperatie van een gewricht, waarbij wij via een speciale telescoop in het gewricht kunnen kijken. Hierdoor is de kans op wondjes en letsel aan het gewricht minimaal. Naast het kijken in het gewricht kunnen wij ook tijdens de arthroscopie handelingen uitvoeren. Tijdens deze kijkoperatie kunnen wij o.a. handelingen uitvoeren aan: de meniscus, het kraakbeen, het slijmvlies of het vervangen van een kruisband.
Verdoving
De kijkoperatie wordt bij voorkeur uitgevoerd met een ruggenprik (regionale anesthesie) en soms onder narcose (algehele anesthesie). Bij de ruggenprik bent u in de gelegenheid om mee te kijken met de orthopedisch chirurg, via een televisiescherm. Meekijken biedt u de mogelijkheid om meer inzicht te krijgen in de aard en ernst van de afwijking in uw knie en biedt de mogelijkheid tot overleg met de operateur, tijdens de operatie.
Daarnaast heeft de ruggenprik als voordeel, dat alleen het onderlichaam tijdelijk verdoofd wordt (duur ongeveer 1 tot 3 uur), waardoor misselijkheid een stuk minder voorkomt.
Techniek
Met behulp van 2 of soms 3 steekgaatjes in de huid, wordt de artroscoop (kijkbuisje of optiek) in de knie gebracht. Op de optiek is een kleine camera gemonteerd en een lichtbron zorgt voor het benodigde licht, om alle structuren in de knie te kunnen zien.
De orthopedisch chirurg kijkt op een Tv-scherm, waarop het beeld van de knie verschijnt. De camera heeft een sterk "vergrotend" effect, waardoor alle beelden groot en duidelijk worden weergegeven. Als u een ruggenprik heeft kunt u meekijken op de monitor (dit is uiteraard niet verplicht).
Door het steekgaatje in de huid kan een tasthaakje ingebracht worden, waarmee de structuren in de knie getest kunnen worden. Bovendien is het mogelijk om met kleine schaartjes, knippers of een shaver (soort scheerapparaatje met afzuigmechanisme), de beschadigde meniscus of kraakbeen te verwijderen en/of glad te maken.
Aan het einde van de ingreep wordt de knie verbonden. Als het wondje bloed of als door omstandigheden een wondje wat groter gemaakt moet worden, zullen de wondjes gehecht worden, met daaroverheen een drukverband.
Voorbereiding thuis
De volgende voorbereidingen dient u thuis te treffen:
- U huurt elleboogkrukken of een looprekje bij de thuiszorg
- U neemt de elleboogkrukken of het looprekje mee bij opname
- U blijft nuchter
- Gebruik vanaf twee dagen voor de operatie geen bodylotion en op de dag van de operatie geen make-up en nagellak.
- U mag het te opereren gebied niet scheren
- Draag geen sieraden of piercings
- Laat waardevolle spullen thuis
- U mag zelf niet autorijden na de operatie. Vraag of iemand u ophaalt
De dag van de opname
Wat neemt u mee:
- Geldig identiteitsbewijs
- Actueel medicatieoverzicht, deze kunt u opvragen bij uw apotheek
- Goede stevige schoenen
- Wijde broek of rok
- Elleboogkrukken of een looprekje in overleg met de specialist
Waar meldt u zich
De afdeling
Afspraak
Naar huis
Nazorg thuis
- Trap op: zet eerst het niet-geopereerde been op de volgende trede en sluit daarna het geopereerde been aan.
- Trap af: plaats het geopereerde been als eerste op de volgende trede en sluit het niet geopereerde been aan.
Complicaties
Complicaties na een kijkoperatie worden gelukkig zelden gezien. Het betreft een relatief kleine en kortdurende operatie, met slechts enkele kleine wondjes. De complicaties die zouden kunnen voorkomen worden hieronder beschreven.
De chirurg heeft een paar sneetjes in uw huid gemaakt. Hierbij kan een huidzenuw beschadigd worden. De huid rondom het operatiegebied kan (tijdelijk) gevoelloos of juist extra gevoelig zijn. Deze klachten verdwijnen meestal na verloop van tijd. De strakke band die u tijdens de operatie om het bovenbeen krijgt, kan klachten geven na de operatie. De weefsels onder de strakke band kunnen gekneusd aanvoelen. Ook deze klachten verdwijnen na verloop van tijd vanzelf. De insteekwondjes in de huid, waardoor de instrumenten bij de arthroscopie de knie in worden ingebracht, hoeven meestal niet gehecht te worden. Toch kunnen deze soms nabloeden. Het verwisselen van het verband helpt vaak afdoende. Zelden is het nodig om later alsnog een hechting te leggen. U kunt in deze gevallen bellen, met de Spoed Eisende Hulp om te vragen of het nodig is om langs te komen.
-
Infectie
De kans op een infectie is bijna nihil, omdat wij op de operatiekamer werken onder steriele omstandigheden en doordat de knie tijdens de kijkoperatie continu wordt gespoeld met een steriele zoutoplossing, waardoor bacteriën eigenlijk geen kans krijgen. Mocht de knie echter pijnlijk, gezwollen, rood en warm worden, gepaard gaande met koorts en eventueel pus afvloed uit de wondjes, dan moet u contact opnemen met het ziekenhuis.
-
Trombosebeen (diepe veneuze trombose)
Dit risico is gering. Ten gevolge van de operatie en het feit dat u na de operatie meestal wat minder mobiel bent, is soms tijdelijk sprake van een verminderde bloeddoorstroming, in het geopereerde been. Dit kan tot gevolg hebben dat een bloedstolsel in een bloedvat van het been ontstaat, waardoor een gespannen, dik, glanzend en pijnlijk been ontstaat. Om die reden krijgt u op de dag van opname, een injectie ter preventie van trombose. Het is verstandig om zo spoedig mogelijk na de operatie de knie en de enkel weer te gaan bewegen en langdurig stilzitten te vermijden. Roken, overgewicht, een verhoogd cholesterolgehalte en het gebruik van de "pil" (anticonceptie), vergroten het risico op trombose.
-
Zwelling/ vocht in de knie (hydrops)
Na arthroscopie is het normaal dat de knie gedurende enkele dagen tot ongeveer 2 weken dik is. De operatie veroorzaakt een reactie van het slijmvlies in de knie. Bij knieën met (enige) artrose kan de deze soms wel 6 weken na de operatie wat dik blijven. Ook kan in de knie een bloeding ontstaan, die zwelling veroorzaakt. Dit vocht en bloed wordt door het lichaam zelf opgelost, om uiteindelijk volledig te verdwijnen. Deze klachten kunnen vaak verminderd worden door het gebruik van een ontstekingsremmer en door het koelen van de knie. Verder is het normaal dat het kapsel rondom de wondjes na de operatie opgezet is. Dit kan aanvankelijk de beweging van de knie wat belemmeren. De zwelling rond deze wondjes verdwijnt geleidelijk binnen 6 weken volledig.
-
Nabloeding in de knie
Aan het einde van de operatie wordt een drukverband om de knie aangebracht, dat u na 24 uur mag verwijderen. U krijgt op de verpleegafdeling een tubigrip (stak kousje) mee en deze draagt u gedurende twee weken overdag, echter moet deze kous in de nacht af gedaan worden.
Verhindering
- smetplekken
- opengekrabde insectenbeten
- schimmelinfecties
- koorts en/of griep
Organisatie
Restklachten
Met name wanneer bij arthroscopie slijtage van het kraakbeen (artrose) is vastgesteld, kan het zijn dat u na de operatie klachten van de knie blijft houden. De knie kan dan zeker 6 weken dik en pijnlijk zijn. Meestal verbeteren de klachten daarna alsnog. Indien de klachten toch hinderlijk blijven kan een vervolgbehandeling noodzakelijk zijn, al dan niet door middel van een operatie.
Zie ook:
- Artrose van het kniegewricht
- Niet-operatieve behandeling van knieartrose
- Operatieve behandeling van knieartrose
- Knieprothese